“Gemeen spel” is een term die in de Bijbel wordt gebruikt om mensen te beschrijven die onaardig, grof en beledigend zijn. De term komt voor in het boek Spreuken, in het bijzonder Spreuken 18:17-19. In deze verzen waarschuwt de auteur ervoor om geen vrienden te zijn met iemand die altijd gemeen en beledigend is, omdat hun gemeenheid uiteindelijk ook op jou gericht zal zijn. De verzen adviseren in plaats daarvan om vrienden te maken met mensen die aardig en goed zijn, omdat ze een echte vriend voor je zullen zijn.

Lukas 6:31-33 behandelt ook de kwestie van gemeen zijn tegen anderen. In deze verzen zegt Jezus dat we goed moeten doen aan degenen die ons haten, en zegenen degenen die ons vervloeken. Hij zegt dat als we alleen houden van degenen die van ons houden, we niet anders zijn dan andere mensen. Maar als we onze vijanden liefhebben en bidden voor degenen die ons vervolgen, zullen we kinderen zijn van onze Vader in de hemel.

De Bijbel leert ons dus dat het beter is aardig en goed te zijn voor anderen, zelfs als ze gemeen tegen ons zijn. We moeten hun gemeenheid niet beantwoorden, maar in plaats daarvan liefde en mededogen tonen. Daarbij volgen we het voorbeeld van Jezus Christus.

Romeinen 2:7-9 vertelt ons dat God geen vriendjespolitiek toont. Hij accepteert mensen uit elke natie die Hem vrezen en doen wat juist is. Degenen die goddeloos zijn en de wet niet gehoorzamen, zullen gestraft worden, zelfs als ze afstammelingen van Abraham zijn. Het maakt dus niet uit of iemand Jood of heiden is, als ze God gehoorzamen zullen ze gered worden.

Dit betekent dat we mensen niet verschillend mogen behandelen op basis van hun ras of etniciteit. We moeten niet denken dat we beter zijn dan anderen vanwege onze afkomst of huidskleur. In plaats daarvan zouden we van alle mensen moeten houden, ongeacht hun achtergrond.

De Bijbel leert ons dat we niet gemeen moeten zijn tegen anderen, maar in plaats daarvan liefde en mededogen moeten tonen. We moeten mensen ook niet verschillend behandelen op basis van hun ras of etniciteit, maar we moeten van alle mensen evenveel houden. Door deze leringen te volgen, kunnen we kinderen van God zijn en zijn liefde voor de wereld weerspiegelen.